Ik kijk naar zijn zwarte ogen.
Opengesperd. Ten dode opgeschreven. Achter de figuur van Jezus wacht het donkere graf. Hij buigt het hoofd en geeft de geest. Hij sterft. Dit is ten diepste mijn waarheid, zo ben ik écht. Ik ben kwetsbaar. Ik draag wonden met me mee. Ik ben raakbaar. Ik ken vreugde maar ook pijn. Ik ben een mens ten dode. Hoe ik ook probeer het te ontvluchten: ooit komt de dag van het einde. Ook ik zal het hoofd moeten buigen. Leef ik in die waarheid? Ze zal me vrij maken. Kijk ik naar mijn kwetsbaarheid? Hou ik er rekening mee? Ik ben gehoor-zaam. Ik luister ernaar! Ik maak mezelf niet wijs dat ik alles aan kan. |