Ik spiegel me aan de kwetsbaarheid van het Kind, aan de onwrikbare liefdesband tussen de Mensenzoon en de Vader aan de vertrouwvolle belofte van een nieuwe toekomst.
Ik maak van mezelf doorheen die kwetsbaarheid, liefde en vertrouwen een veilige thuis waarin ik God en anderen met mij kan meedragen om samen in verbondenheid te groeien.
Wat betekent een 'thuis' voor mij?
Bij wie kan ik thuiskomen? Wie draagt mij mee in kwetsbaarheid, liefde en vertrouwen?