ZORG DRAGEN VOOR DE NATUUR
Wanneer broeders aan het houthakken waren, stond Franciscus hun niet toe een boom helemaal om te kappen; die boom moest de kans krijgen weer uit te botten. Hij beval ook de tuinman de graszomen rond de tuin niet om te spitten, opdat het groen van de struiken en de liefelijke schoonheid van de bloemen te zijner tijd getuigen zouden van de heerlijkheid van de Vader van de schepping. Eveneens droeg hij de tuinman op om in de tuin een terrein af te bakenen voor welriekende en bloesemdragende gewassen; die zouden degenen, die ze bekeken, de genotvolle, eeuwige heerlijkheid in herinnering brengen.
|
Hij raapte wormen van de grond op om ze niet te laten vertrappen en liet bijen 's winters honing en de beste wijnsoorten brengen, opdat ze niet door gebrek aan voedsel zouden omkomen. Hij zag in alle dieren zijn broeders en sprak ze ook aan, al ging zijn voorkeur uit naar tamme dieren.
Thomas van Celano, uit de Tweede Levensbeschrijving, nr. 165
Hoe draag jij, zoals Franciscus, concreet zorg voor de natuur?