Broeder Igor, een kapucijn die in Detroït (USA) leeft koos voor twee evangelische sleutelfragmenten uit het begin van het Marcus evangelie.
Toen Jezus langs het Meer van Galilea liep, zag Hij Simon en Andreas, de broer van Simon, die hun netten uitwierpen in het meer; het waren vissers. Jezus zei tegen hen: 'Kom, volg Mij! Ik zal van jullie vissers van mensen maken.' (Mc 1, 16-17) Toen Jezus enkele dagen later terugkwam in Kafarnaüm, werd het bekend dat Hij weer thuis was. Er stroomden zo veel mensen toe dat er zelfs voor de deur geen plaats meer was, en Hij verkondigde hun Gods boodschap. Er werd ook een verlamde naar Hem toe gebracht, die door vier mensen gedragen werd. Omdat ze door de menigte niet bij Jezus konden komen, haalden ze een stuk van het dak weg boven de plaats waar Hij was. En toen ze een opening hadden gemaakt, lieten ze de verlamde op zijn slaapmat naar beneden zakken. Toen Jezus hun geloof zag, zei Hij tot de verlamde: "Mijn kind, uw zonden zijn u vergeven." (Mc 2, 1-5) |