Ik sta aan de deur en ik klop...
Franciscus' Wijsheidsspreuk 18 gaat over een universeel broederschap. Voor àlle mensen geldt: ‘Gelukkig de mens die zijn naaste in diens broosheid draagt, zoals hij door hem gedragen wil worden als hij in soortgelijke situatie verkeert.’ Maar in dit verhaal ontbreekt elke vorm van broederschap. De spanning neemt toe. Koud en hongerig blijven Franciscus en broeder Leo voor de deur staan. Zal ze opengaan? |